In december verschenen twee delen uit de ASD reeks, de Erasmi opera omnia, beide uit ordo IX, de afdeling met polemische werken. 
 
In deel IX, 6 heeft Chris Heesakkers in samenwerking met Wil Heesakkers-Kamerbeek Erasmus’ disputen met de Italiaanse leek Alberto Pio, Prins van Carpi uitgegeven. Hij had kritiek op Erasmus’ ‘Project Nieuwe Testament’, vooral de Parafrasen, en eerdere succesvolle werken, zoals Enchiridion militis christiani en de Lof der Zotheid. Erasmus was erg geërgerd dat een leek het waagde kritiek te hebben op zijn theologische werk. Erger nog, Pio had de suggestie gewekt dat Erasmus’ theologische en morele opvattingen wel heel dicht bij die van Luther lagen. Ook nam Erasmus het Pio kwalijk dat hij zijn eerdere apologieën tegen Noël Bédier (Beda), Diego López de Zúñiga (Stunica) en de Spaanse monniken niet had gelezen.
 
Deel IX, 7 presenteert de Declarationes, de afsluiting van een jarenlange strijd met de theologische faculteit van de Sorbonne, uitgegeven door Clarence H. Miller, die ook al voor ASD de Lof der Zotheid (IV, 3) heeft geëditeerd. De heldere inleiding is geschreven door James Farge. De Parijse theologen onder de bezielende leiding van Noel Beda hadden veel van Erasmus’ uitspraken, in het bijzonder uit de Parafrasen en de Colloquia, maar ook uit andere theologische werken, langs de meetlat van de Rooms-Katholieke orthodoxie gehouden. Ook zij hadden uitspraken van de Hollandse humanist geassocieerd met die van hervormers. Hun kritiek hadden zij zeer systematisch neergeschreven en uitgegeven. Erasmus verdedigt zich met eenzelfde ijzeren systematiek. Veel van wat er in andere  polemieken naar voren wordt gebracht, vinden we hier in geconcentreerde vorm terug.
 
In januari 2015 verschijnt een derde deel in dezelfde ordo ASD IX, 8, waarin Henk Jan de Jonge de polemieken met zijn Spaanse tegenstander Diego López de Zúñiga (Jacobus Lopis Stunica), bijgestaan door zijn landgenoot Sancho Carranza (Sanctius Caranza) heeft uitgegeven. Deze bijzonder felle polemiek, die duurde van 1520 tot 1529, betrof in het bijzonder Erasmus vertaling van het Nieuwe Testament in meer klassiek Latijn dan de Vulgaat. Dit deel is een vervolg op ASD IX, 2, ook al uitgegeven door De Jonge, waarin de eerste van de zes verdedigingsgeschriften van Erasmus tegen Stunica is opgenomen.
 
Deze drie delen leveren nieuwe bijdragen aan de studie van de reacties die Erasmus’ werken, vooral de theologische en daarbinnen zijn ‘Project Nieuwe Testament’ opriepen bij tijdgenoten. We feliciteren de editeurs van harte met deze prachtige boeken. In de loop van dit jaar zal een presentatie van deze delen, alsook van ASD VI, 10 door Miekske van Poll-van de Lisdonk plaatsvinden.
 
Meer informatie over de delen is te vinden onder www.brill.com/asd

(Jan Bloemendal)